Werken in de zorg is betekenisvol, bijzonder en uitdagend, maar kan ook intensief en complex zijn. Juist voor jou is een goede werk-privé balans daarom extra belangrijk. Het LUMC vindt dit ook: wij hebben dan ook oog voor jouw passie! Een passie die naast je werk ontspanning biedt. Thijs, Wanwan, Sisi, Marente, Iris en Maaike delen graag hun passie met jou.
Nieuwsgierig naar de verhalen?Wij hebben oog voor jouw passie
Zeven keer per week trainen en op zondag klaarstaan voor een belangrijke hockeywedstrijd. Daarnaast werkt Marente drie dagen per week als anesthesiemedewerker op de OK. Hoe doet ze dat? “Mijn collega’s zijn heel betrokken en proberen diensten van me over te nemen als ik extra moet trainen”, vertelt ze. “Zo kan ik me naast mijn werk op de OK volledig richten op mijn leven als topsporter.”
Marente Barentsen
“Ik plan mijn sport niet om mijn werk, maar mijn werk om mijn sport.”
Zeven keer per week trainen en op zondag klaar staan voor een belangrijke hockeywedstrijd. Daarnaast werkt ze drie dagen per week als anesthesiemedewerker op de OK van het LUMC. Hoe doet ze dat? “Mijn collega’s zijn heel betrokken en proberen diensten van me over te nemen als ik extra moet trainen”, vertelt Marente Barentsen. “Zo kan ik me naast mijn werk op de OK volledig richten op mijn leven als topsporter.”
’s Ochtends om 7 uur staat Marente al op de OK. “De operaties waar ik als anesthesiemedewerker bij betrokken ben zijn heel afwisselend. Dit kunnen meerdere operaties op een dag zijn, of soms ook operaties die de hele dag duren.” Bovendien ben je als anesthesiemedewerker in het LUMC inzetbaar op alle soorten operaties. “Het kan dus zijn dat ik het ene moment bij een teenamputatie sta en de volgende dag bij een openhartoperatie van een klein kindje.” Maar wie de patiënt ook is, Marente is gedurende de gehele operatie betrokken. “Rond 8 uur haal ik de patiënt op en zorg ik ervoor dat hij of zij comfortabel is. Soms is het iemands eerste keer of zijn ze gespannen omdat het een grote operatie is. Ik stel de patiënt gerust, sluit het infuus en de monitor aan en blijf erbij tot ze in slaap vallen en onder narcose zijn. Tijdens de operatie controleer ik alle vitale waarden, zoals het zuurstofgehalte in het bloed en de hartslag, en als de operatie klaar is zorg ik dat de patiënt rustig wakker wordt.”
Olympische Spelen
Na het afronden van haar dienst zit de dag er nog niet op. Marente is namelijk vrijwel elke dag op het hockeyveld te vinden. “Vier keer per week train ik in Amsterdam met mijn club. We trainen voor de wedstrijd die we op zondag spelen. Wie is onze tegenstander en hoe gaan we dit aanvliegen? Het doel is dan ook heel concreet: het verslaan van de tegenstander die komend weekend tegenover ons staat.” De overige drie trainingen in de week zijn voor het Nederlands team. Hier komt een langere termijn visie kijken: winnen op het WK en zelfs de Olympische Spelen. “De selectie wordt gevormd met meiden van verschillende clubs. We moeten dus in eerste instantie goed op elkaar ingespeeld raken en focussen ons dan op de grote toernooien in de toekomst.”
Topniveau in zorg en sport
Deze dubbele carrière is niet niks, realiseert ook Marente zich. “Gelukkig zijn mijn teamleiders en collega’s in het LUMC heel flexibel en steunen ze mij zodat ik me ook volledig op hockey kan richten. Mijn diensten kan ik vaak zo inplannen dat ik geen trainingen hoef te missen. De meeste mensen plannen hun sport om hun werk, maar ik plan mijn werk juist om mijn sport. Tegelijkertijd zorg ik er altijd voor dat als ik op de OK sta, ik volledig gefocust ben op mijn werk. Zo hoeven beide passies niet onder elkaar te lijden en versterken ze elkaar juist.” Bovendien ziet Marente ook een duidelijke overeenkomst tussen haar werk in het LUMC en haar leven als topsporter. “In het LUMC leveren we dagelijks kwalitatief hoge zorg en staan we aan de top van medische innovatie en ontwikkelingen. Als hockeyster werk ik ook elke dag hard om mezelf te blijven ontwikkelen en op topniveau te presteren. De ambitie is hoog en dat geldt zowel voor het LUMC als voor mijn sport.”
Wij hebben oog voor jouw passie
Wanwan en Sisi zijn tweelingzussen en werken beiden als verpleegkundigen op verschillende afdelingen bij het LUMC. Naast de overeenkomsten tussen hun uiterlijke kenmerken en het vakgebied, delen zij ook een passie: harp spelen. “Na een intensieve dag op werk, kunnen wij op onze harp spelen en onze gedachten verzetten.”
Wanwan & Sisi Mooring
“Na een intensieve dag op werk, kunnen wij op onze harp spelen en onze gedachten verzetten.”
Wanwan en Sisi zijn tweelingzussen en werken beiden als verpleegkundigen bij het LUMC. Wanwan werkt op de afdeling Neurologie en Neurochirurgie, terwijl Sisi de zorg voor de patiënten op de afdeling Chirurgie op zich neemt. Naast de overeenkomsten tussen hun uiterlijke kenmerken en het vakgebied, delen zij ook een passie: harp spelen. “Na een intensieve dag op werk, kunnen wij op onze harp spelen en onze gedachten verzetten.”
Wanwan en Sisi hebben altijd veel tijd met elkaar doorgebracht. Zo zaten ze vanaf de basisschool bij elkaar in de klas en volgden zij samen de opleiding tot verpleegkundige. Waarom ze beiden in de zorg werken? Wanwan: “In onze kindertijd zijn wij vaak in het LUMC geweest en wij vonden de mensen die hier werkten zo fascinerend.” Sisi: “Daarbij werkt onze moeder ook in de zorg. Het was voor ons dan ook vanzelfsprekend dat wij de verpleging ingingen, maar dan wel bij het LUMC!” Wanwan vult aan: “Wij willen ons namelijk verder ontwikkelen en het LUMC geeft ons deze ruimte.”
Gedeelde passie
Opvallend is wel dat ze op verschillende afdelingen werken: “Eigenlijk hebben we er bewust voor gekozen om nu allebei op een andere afdeling te werken. Tijdens onze bijbanen, maar ook stages, merkten we dat collega’s en patiënten het soms verwarrend vonden omdat we tweeling zijn.” Ondanks dat de zussen op een andere afdeling werken, bespreken zij het wel met elkaar als ze iets heftigs of bijzonders meemaken. Wanwan: “We bespreken ook welke technische handelingen we mogen doen. Zo werken wij op de afdeling bijvoorbeeld met een ander soort drain. Ontzettend interessant om dan van de Sisi te horen hoe het bij haar op de afdeling gaat.”
Hoewel de zussen bewust ervoor hebben gekozen om ieder op een eigen afdeling te werken, brengen ze in hun vrije tijd juist veel tijd met elkaar door. Zo spelen ze allebei graag harp. Sisi: “Na een drukke dag op werk, kan ik achter mijn harp zitten en mijn gedachten verzetten.” Wanwan beaamt dit: “Je hoort niet alleen de muziek, maar voelt het geluid ook door je lichaam gaan.” Sisi en Wanwan spelen op hoog niveau harp. “We begonnen met harp spelen toen wij 8 of 9 jaar oud waren. Ons eerste optreden was op onze basisschool.” Inmiddels geven de zussen ook optredens in de kerk en zijn ze zelfs meerdere malen op televisie geweest. Sisi: “We wonen beiden nog thuis, dus we kunnen ook gemakkelijk samen oefenen voor onze optredens.”
Unieke kans
Vaste prik is hun harples op vrijdagmiddag. Sisi: “Ondanks dat we op verschillende afdelingen werken, houden onze planners van onze afdeling rekening met ons schema. Zij zorgen ervoor dat we beiden op vrijdagmiddag vrij zijn. Heel bijzonder.” Wanwan beaamt: “Ja, ik vind het uniek dat LUMC ons deze kans en ruimte geeft.” Wanwan: “In de toekomst hopen wij weer optredens te kunnen geven. Sisi vult aan: “Ja, en dan lijkt het ons vooral ontzettend gaaf om ooit in de Centrale Hal van het LUMC een optreden te mogen geven!”
Wij hebben oog voor jouw passie
Op het moment dat Thijs de Heel Holland Bakt-tent inliep, leerde Nederland hem kennen als Bakker Thijs. In het dagelijks leven werkt hij als arts-onderzoeker bij het Willem-Alexander Kinderziekenhuis (WAKZ) en Sanquin. Ook op de werkvloer komt zijn passie terug, zoals tijdens de opening van het nieuwe WAKZ: “Ik heb samen met de kinderen cupcakes gebakken en ondertussen konden zij vertellen over wat ze hebben meegemaakt.”
Thijs de Vos
“Bakken is voor mij de ideale bezigheid om mijn hoofd leeg te maken.”
Op het moment dat arts-onderzoeker Thijs de Vos de Heel Holland Bakt-tent inliep, leerde heel Nederland hem kennen als Bakker Thijs. “Bakken was voorheen echt iets voor mezelf”, vertelt de finalist van het populaire bakprogramma. “Ik bakte altijd ter ontspanning voor familie en vrienden, maar sinds mijn vrouw mij heeft opgegeven voor het programma staat mijn passie voor bakken steeds meer in de belangstelling.”
Bakker Thijs heeft echter niet alleen een passie voor bakken; in het dagelijks leven is hij in het Willem-Alexander Kinderziekenhuis (WAKZ) van het LUMC te vinden. Hier doet hij onderzoek naar antistoffen gericht tegen bloedplaatjes bij baby’s. “Het is een heel specifiek onderzoek binnen de kindergeneeskunde. Als een vrouw zwanger is kan zij antistoffen aanmaken gericht tegen de bloedplaatjes van de ongeboren baby. De antistoffen zorgen voor afbraak van de bloedplaatjes, waardoor de baby ernstige risico loopt op bloedingen, bijvoorbeeld in de hersenen. We kunnen deze ziekte voorkomen, maar we zijn er vaak te laat bij. Met dit onderzoek willen we erachter komen hoe vaak het voorkomt, wat risicofactoren zijn en hoe deze kinderen zich verder ontwikkelen. Vervolgens kunnen we hier in de toekomst mogelijk op screenen, zodat we ernstige bloedingen en schade daarvan kunnen voorkomen.”
Wat voor Thijs hierin heel belangrijk is, zijn de intensieve samenwerkingsverbanden binnen het onderzoek. “Internationaal gezien merk je soms een bepaalde vorm van competitie binnen het wetenschappelijk onderzoek. Maar met competitie verbeter je de zorg niet, dat kan pas wanneer je samenwerkt. Het LUMC is een belangrijke speler binnen het opzoeken van deze samenwerkingen. Zo werk ik in een samenwerkingsverband tussen de experts van de bloedbank Sanquin en het LUMC. Zij beschikken over diepgaande kennis van het onderwerp en het klinische aspect ligt bij het LUMC. Ik vind het bijzonder hoe deze twee organisaties elkaar hier elkaar zo goed in kunnen versterken en ik ben trots dat ik daar deel van uitmaak.”
Support van collega’s
En na een intensieve onderzoeksdag is het tijd voor ontspanning. “Mijn onderzoek is complex en bestaat uit veel nadenkwerk. Het is daarom heel fijn om daarnaast met iets concreets bezig te zijn. Bakken is voor mij de ideale bezigheid om mijn hoofd leeg te maken.”Gelukkig kan Thijs de tijd voor zijn onderzoek grotendeels zelf indelen. Dat kwam voornamelijk goed uit tijdens zijn deelname aan Heel Holland Bakt. “Mijn begeleiders vonden het heel leuk dat ik hieraan meedeed en ik kreeg de ruimte om me goed voor te bereiden.” En dat was slechts tijdens de opnames, vervolgens kwamen de uitzendingen op tv. “Ook in deze periode was er veel positieve aandacht voor. Het is heel fijn om te zien dat je zo door je begeleiders en collega’s wordt gesteund!”
Bakken voor het WAKZ
Sinds het Heel Holland Bakt-avontuur komen zijn twee werelden soms ook samen. Zoals tijdens de opening van het nieuwe Willem-Alexander Kinderziekenhuis in het LUMC, waarvoor hij gevraagd werd cupcakes te bakken. “Ik kreeg hierbij hulp van twee kinderen die hier zijn behandeld. De een is geboren met een hartafwijking en is hier al meerdere keren aan geopereerd. De ander heeft hier een stamceltransplantatie ondergaan. Dit zijn hele heftige behandelingen, zeker op die leeftijd.” Gelukkig bleek ook hier weer dat bakken ontspant en bovendien therapeutisch te werken. “We hebben heerlijk samen gebakken. Het was een ontspannen setting en de kinderen konden goed vertellen over alles wat ze hebben meegemaakt.” Vervolgens mochten ze de cupcakes tijdens de opening rondbrengen. “Het was een fantastische dag en de cupcakes maakten de opening extra feestelijk. Ik voel me vereerd dat ik ook vanuit mijn bakpassie mijn steentje kan bijdragen aan de Kinderafdeling.”
Een uitgestippeld toekomstplan heeft onze onderzoeker nog niet. “Eerst ga ik mijn onderzoek afmaken en promoveren. Ik heb het enorm naar mijn zin in het LUMC dus zou vervolgens graag hier de opleiding doen tot kinderarts.” Vaak krijgt hij de vraag of hij geen kookboek wil schrijven. Zijn antwoord is duidelijk: “Eerst een proefschrift! En wie weet wat de toekomst brengt. Wat ik wel weet is dat het delen van je passie veel voldoening geeft en ik het geluk heb dat ik dat binnen twee vakgebieden kan doen.”
Wij hebben oog voor jouw passie
Stilzitten? Dat is niet aan Maaike besteed. De ambitieuze verpleegkundige werkt bij het Geboortehuis Leiden, volgt twee opleidingen en in haar vrije uren kijkt ze het liefst door de lens van haar full frame systeemcamera: “Het vastleggen van mooie en emotionele momenten blijft bijzonder.”
Maaike Verhoef
“Het fotograferen van bevallingen maakt mijn werk als verpleegkundige nog leuker.”
Stilzitten? Dat is niet aan Maaike Verhoef besteed. De ambitieuze verpleegkundige werkt bij het Geboortehuis Leiden in het LUMC, volgt twee opleidingen en in haar vrije uren kijkt ze het liefst door de lens van haar full frame systeemcamera: “Het vastleggen van mooie en emotionele momenten blijft bijzonder.”
Na haar mbo-V ging Maaike aan de slag op de afdeling Verloskunde van het LUMC. Ze wilde graag verder leren en startte met de opleiding hbo-V én volgt tegelijkertijd de opleiding tot obstetrieverpleegkundige. “Ik ben blij dat het LUMC mij de kans geeft dit te doen. Zo kan ik me blijven ontwikkelen.” Toch is het niet alleen de verloskunde waar het hart van Maaike ligt. In de weinige vrije uurtjes die ze overhoudt staat ze het liefst met haar fotocamera in haar hand. En ondanks dat de link tussen beide passies misschien niet direct zichtbaar is, blijkt het voor Maaike een gouden combinatie. “Voorheen fotografeerde ik vooral sporters. Ik ging als fotograaf mee met taekwondowedstrijden door heel Europa. Maar toen twee zwangere vriendinnen van mij vroegen of ik als verpleegkundige bij hun bevalling wilde zijn én gelijk dit bijzondere moment kon vastleggen, was het voor mij duidelijk: ik ga mijn twee passies combineren en me richten op geboortefotografie.”
Steeds meer aanvragen
En deze stap is niet onopgemerkt gebleven. “Eerst waren het alleen bekenden waar ik foto’s van maakte. Zo ben ik bij aardig wat bevallingen van vriendinnen en collega’s geweest. Maar al snel breidde dit zich uit naar bekenden van bekenden en inmiddels krijg ik ook aanvragen van zwangere vrouwen die mij bijvoorbeeld via Instagram hebben gevonden. Ze vragen specifiek om mij als verpleegkundige bij de bevalling, zodat ik ook foto’s kan maken.” Voor Maaike is het echter wel heel belangrijk goed te communiceren dat haar werk als verpleegkundige voorrang heeft. “Ik sta niet standaard met mijn camera om mijn nek. Zodra blijkt dat moeder en kind het goed maken, dan is er ruimte voor fotografie. Bovendien wil ik voorkomen dat collega’s belemmer in hun werk.”
Ook geplande keizersneden lenen zich bij uitstek voor geboortefotografie, vertelt Maaike. “De kinderarts is er op dat moment bij om de baby op te vangen. Als verpleegkundige houd je vervolgens de baby in de gaten, maar als die bij de moeder ligt en alles gaat goed sta je eigenlijk te wachten tot de operatie klaar is. In plaats van wachten heb ik nu een nieuw doel: mooie beelden maken van moeder en kind.”
Servicegerichte visie
Dat deze kwetsbare en emotionele momenten op professionele wijze worden vastgelegd is niet alleen bijzonder voor het kersverse gezin, ook voor Maaike biedt dit meerwaarde. “Het fotograferen van bevallingen maakt mijn werk als verpleegkundige nog leuker.” Bovendien ziet ze de vraag hiernaar groeien. “Binnen het Geboortehuis richten we ons op gezinsgerichte zorg. Dit betekent dat patiënten betrokken worden bij de zorg die wij leveren. Zo kan de partner tegenwoordig na de bevalling ook blijven slapen en behandelen we onze patiënten echt als gasten. Het fotograferen van de geboorte past binnen deze servicegerichte visie.”
Op de vraag om te kiezen tussen beide passies kan Maaike geen antwoord geven. “Dat is onmogelijk! Het is juist de combinatie die het zo bijzonder maakt. Ik ben het LUMC en mijn collega’s dan ook heel dankbaar voor de ruimte en support die ik hiervoor krijg en ik hoop me in de toekomst hier nog verder in te kunnen specialiseren.”
Wij hebben oog voor jouw passie
Iris werkt als apothekersassistent in de Klinische Apotheek, maar is ook regelmatig voor haar werk op de Spoedeisende Hulp (SEH) te vinden. Naast haar uitdagende baan, heeft zij genoeg tijd om haar passie de volle aandacht te geven: “Ik vind het heerlijk dat ik bij het LUMC de ruimte krijg om naast mijn werk mijn twintig schapen te verzorgen.”
Iris van ’t Wout
“Ik vind het heerlijk dat ik naast mijn werk mijn schapen kan houden, en het LUMC geeft mij de ruimte om ze de volle aandacht te geven.”
Iris werkt als apothekersassistent in de Klinische Apotheek, maar is ook regelmatig voor haar werk op de Spoedeisende Hulp (SEH) te vinden. Naast haar uitdagende baan in het LUMC, heeft zij genoeg tijd om haar passie de volle aandacht te geven: “Ik vind het heerlijk dat ik bij het LUMC de ruimte krijg om naast mijn werk mijn twintig schapen te verzorgen.”
Haar werkdag bij de Klinische Apotheek begint met een gezamenlijke dagstart: ”We hebben verschillende teams, maar iedereen is hierbij aanwezig. Daarna gaan we ieder naar onze eigen werkplek,” vertelt Iris. Zo werkt Iris in het team VTGM (voortoediening gereed maken) trials, en patiënteninformatie. Op de vijfde etage bevindt zich het kantoor van de patiënteninformatie: “Hier wordt bepaald welke patiënten we die dag gaan zien en bespreken we de risicolijst.” Als apothekersassistent gaat Iris tijdens zo een bespreking in gesprek met de patiënt: “Ik bespreek wat deze patiënten thuis gebruiken qua medicijnen en werk dit in ons systeem bij. Zo kan de arts altijd terugvinden of de specifieke medicatie nog klopt, of dat er aanpassingen gemaakt moeten worden.” Een belangrijke en onmisbare functie dus!
Ontspanning
En ook in haar vrije tijd heeft Iris een passie waarbij ze onmisbaar is. Na een dag werken in het LUMC, wachten twintig schapen haar op. “Van jongs af aan hebben mijn ouders al een hobby boerderij en ik heb de twintig schapen – en een paard – een aantal jaar geleden van mijn vader overgenomen. Mij geeft het de nodige ontspanning na een dag werken.” De schapen staan in de wei in Katwijk, vijf minuten bij haar huis vandaan. “Om de maand rouleren we de groep schapen naar een nieuwe wei, voor vers gras.” Behalve de ontspanning en het plezier, is het natuurlijk ook hard werken voor Iris. “In maart breekt de lammerperiode aan. Dan neem ik altijd twee tot drie weken vrij om de schapen de volle aandacht te kunnen geven. Maar soms moet ik ook ’s nachts mijn bed uit.” Gelukkig geeft het LUMC haar genoeg vrijheid en houvast om dit te blijven doen. En dat is ook nodig, want er kan altijd iets met de schapen gebeuren: “Zo is er wel eens eentje in de sloot beland. Ik word dan direct gebeld, ook tijdens werk, en gelukkig krijg ik dan de ruimte en het begrip om even heen en weer te fietsen of wat eerder naar huis te gaan. Deze flexibiliteit vind ik erg bijzonder en waardeer ik enorm.”
Uitbreiding
Voorlopig vindt Iris de combinatie van schapenhouden en haar baan als apothekersassistent perfect. “Uit mijn werk fiets ik meestal gelijk door naar de boerderij. Ik vind het heerlijk dat ik naast mijn werk mijn schapen kan houden. En gelukkig is dat nog altijd haalbaar. Mensen vragen mij wel eens of ik meer schapen wil, maar dan moet je moeilijke keuzes gaan maken tussen werk in het LUMC of het schapenhouden. Maar zoals het nu gaat vind ik het een prima combi. “Het LUMC is voor mij een goede werkgever. Ik heb fijne collega’s en ik zit hier goed op mijn plek!”